De nieuwe stadsrivieren

De dramatische overstromingen in onze achtertuin doen ons beseffen dat een duurzaam waterbeheer geen overbodige luxe (meer) is. Nieuwe concepten van stedelijke rivieren leveren boeiende ideeën om de waterhuishouding in verstedelijkte gebieden te herdenken en om op een creatieve en positieve manier de plaats van water in het stedelijk milieu heruit te vinden.

Het water van de infiltratiegeul wordt opgevangen
achter deze dam. Het niveau van het water kan stijgen
tot aan het niveau van de vier overlaten waarlangs het
water verderop kan wegstromen. Het opgevangen water
zal ter plaatse in de bodem binnendringen. Wijk Krons-
berg in Hanover (Duitsland) - Foto Valérie Mahaut
Tijdelijk regenwaterbekken. Bij regenweer kan het water opgevangen worden in dit droogbekken en in de grond dringen langs de openingen tussen de straatstenen en verder naar beneden stromen met een kleiner debiet.
Wijk Kronsberg in Hanover (Duitsland) -
Foto Valérie Mahaut

Infiltratiebekken voor regenwater. Bij regen wordt het water er opgevangen en dringt het binnen in de grond.
Bij droog weer wordt de plaats gebruikt als speelterrein voor de kinderen. Wijk Kuppersbuschstrasse in Gelsenkirchen (Duitsland) - Foto Valérie Mahautt
Historisch kwam er een wending in het waterbeheer in de loop van de 19de eeuw, toen de rivieren werden herleid tot afvoerkanaal van afvalwater. Om de stad te bevrijden van de kwalijke geuren die de rivier als een open riool verspreidde, werd deze onder de grond gekanaliseerd. Het ondergronds rioleringsnet breidde zich uit naarmate de stad groeide. Water verdwenen, probleem opgelost, zo dacht men! Vandaag, meer dan een eeuw later, is dit soort waterbeheer onhoudbaar geworden. Omdat door de verharding van het bodemoppervlak van een stad steeds minder water kan insijpelen, krijgen onze riolen meer en meer hemelwater te slikken. Het rioolnet is weliswaar aangepast om een relatief stabiel afvalwaterdebiet te verwerken, maar is niet geschikt om de extra hoeveelheden water bij hevige regenval of stormweer af te voeren. Het resultaat in sommige steden is hallucinant: ondergelopen straten en kelders, verdronken zuiveringstations en milieuvervuiling.

Het imago van water in de stad is dan ook niet bijzonder positief: een gevaar, een soort afval, een manipuleerbaar element in handen van de stadsontwerpers, een vloeistof die makkelijk wijkt voor beton, een last waarvoor we liefst geen geld en geen plaats willen vrijmaken. Hoog tijd dus om stad en water te verzoenen en om een nieuw tijdperk voor het waterbeheer in te luiden.

De bodems worden gediversifieerd: sommigen kunnen tijdelijk overstroomd worden, anderen blijven altijd
droog. Parkeerplaats ‘Martigues’, Marseille (Frankrijk) -
Foto Valérie Mahaut
Principe van vertraging van het afvloeiend water
door middel van een hellende geul. Parkeerplaats
‘Martigues’, Marseille (Frankrijk) - Foto Valérie Mahaut

Wat vandaag een probleem lijkt - de bescherming tegen overstromingen - kunnen we ook aangrijpen als een reële kans voor de stad om de bodem van de bewoonde ruimten te herstructureren. Op die manier wordt samenleven met het water opnieuw mogelijk, het water krijgt zijn natuurlijke cyclus terug en wij kunnen genieten van de synergie tussen het water en de stad.

Openbare plaats met semi-doorlatende bodem.
Montréal (Canada) - foto Valérie Mahaut
Het afvloeiend regenwater dat nu verdwijnt in de diepten van de riolen kan veel nuttiger worden gebruikt om langs haarfijne kanaaltjes onze leefomgeving te bevloeien! Als we de oude rivieren niet terugvinden, kunnen we nieuwe rivieren bedenken! Het nostalgisch beeld van de idyllische rivier mag vandaag plaats maken voor water met een resoluut eigentijdse invulling!

De nieuwe rivier zal haar bron vinden op elke doorlatende bodem van de stad: daken, stoepen of wegennetten. Ze zal het afvloeiend water opvangen, vertragen, in de bodem laten dringen, het doen verdampen dankzij de vegetatie en de ontwikkeling van dynamische ecosystemen stimuleren. In de waterbeheersing vinden we achtereenvolgens: infiltratie- of tijdelijke bufferbekkens, geulen, droogbekkens, groendaken, regenwatertanken, greppels met ruwe bekleding en filtrerende putten. En als het niet regent, bieden deze infiltratie- en bufferbekkens in open lucht het voordeel dat ze kunnen gebruikt worden als waardevolle openbare ruimten: speelpleinen, wandelpaden, fietspaden, openbare pleinen… Water en mens verdelen de ruimte onder elkaar in functie van de weersomstandigheden, waarbij de watercycli tot hun recht komen, evenals de seizoenen en de ecosystemen die er zich ontwikkelen.

Kleine regenwatertank. Het regenwater kan er tijdelijk
in opgevangen worden en in de bodem sijpelen langs
de open voegen tussen de plaveien. Wijk Vauban in Freiburg (Duitsland) - foto Valérie Mahaut
Een utopie in de huidige stad? Misschien, maar hebben we echt de keuze tegenover het toenemend overstromingsgevaar? Zouden we niet profiteren van de onomkeerbare verstedelijkingsdruk om het stedelijk leefmilieu kwalitatief te verbeteren? Laten we de nieuwe rivieren zo inrichten dat ze de bewoners herinneren hoe het water in de loop van de geschiedenis altijd al zijn stempel heeft gedrukt op hun leefomgeving en hoezeer de stad de sporen van het water heeft behouden in haar vormgeving, haar straatnamen, het bestaan van bepaalde gebouwen, vijvers of parken. Laten we deze nieuwe rivieren uittekenen al spelend met de wispelturige weersomstandigheden en met de symbolische macht van het water. We creëren hiermee een meer doordringbaar contact met de ondergrond die het fundament is van de stad en bieden aan de stadbewoners uitings- en deelnemingsmogelijkheid op mensenmaat aan. We herinneren hen eraan dat ze niet alleen in een wijk wonen maar ook in een stroomgebied en wijzen hen op de topografie, want hoe klein het hoogteverschil ook is, het doet het water altijd naar beneden stromen. Dit beheer van het water in open lucht - de nieuwe rivieren - leert ons de stad anders te bekijken… ongetwijfeld om ze beter te beleven.

Het water is niet langer alleen maar een vloeistof die we beheren: het herwaardeert onze leefruimtes, creëert er gezelligheid en geeft hun een nieuwe betekenis in het stramien van de stad. In dit project geven we nieuwe functies aan het water en geven we het zijn adelbrieven terug. Als we deze kans grijpen, worden de waterproblemen een onverhoopte kans om de dichtbebouwde stadswijken te herwaarderen, daar waar de ondoordringbaarheid van de bodem het grootst is en waar de bescherming tegen de overstromingen het meest noodzakelijk is, ten voordele van gevarieerde openbare ruimten geschikt voor participatieve en multiculturele expressie.

Valérie MAHAUT, professor aan de ‘Faculté de l'aménagement, Université de Montréal’,
Auteur van de publicatie: L’eau et la ville, le temps de la réconciliation. Jardins d’orage et nouvelles rivières urbaines, Université catholique de Louvain, 2009.
Lid van het Brussels collectief EauWaterZone, medeoprichter van de Staten Generaal van het Water in Brussel (Bruxelles, zomer 2011).


Terug naar de inhoudsopgave >>

 

Reacties op de nieuwsbrief en/of voorstellen voor artikels zijn welkom >>