BRUSSEL
Toename van het riviertransport: goed nieuws voor Brussel?
Het nieuw beheercontract van de Haven van Brussel dat op 20 maart j.l. werd ondertekend
door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voorziet een toename met 50% van het verkeer
op de waterweg voor de periode 2008-2012. Dergelijk vooruitzicht zou ons moeten verheugen.
Het vervoer via de waterweg wordt immers steevast gelinkt
aan duurzame ontwikkeling en milieuvriendelijk transport. Nochtans is deze maatregel
misschien minder heilzaam voor Brussel dan op het eerste zicht zou lijken ...
Om deze kwestie in zijn geheel te vatten, is het interessant de goederencategorieën te
bekijken die via de waterweg worden vervoerd:
Een korte analyse van bovenstaande grafiek toont aan dat het vervoer
via de waterweg in Brussel voornamelijk betrekking heeft op zware, volumineuze vrachten
of stortgoederen die bestemd zijn voor de stad (bouwmateriaal, olieproducten) of van
de stad afkomstig zijn (schroot, baggerslip en bouwafval). De landbouwproducten en
voedingswaren zijn waarschijnlijk bestemd voor de maalderij Ceres waar de grondstof
wordt verwerkt om daarna opnieuw langs de waterweg te worden uitgevoerd. De containers
en metaalproducten vertegenwoordigen slechts 4% van de gehele trafiek en kunnen als
bijkomstig beschouwd worden.
Op basis van de vaststelling dat het goederenvolume bestemd voor de stad of voortkomend
uit de stad stabiel gebleven is gedurende de laatste 10 jaren en er geen
exponentiële groei wordt verwacht in de komende jaren, dreigt een toename met 50% van het
watertransport te worden veroorzaakt door het aantrekken van goederen die Brussel-stad
noch het Gewest als eindbestemming hebben. Deze goederen zouden dan buiten de stad moeten
herverdeeld worden, misschien per trein (zal de spoorwegverbinding tegen dan in dienst zijn?),
maar veel waarschijnlijker per vrachtwagen, met alle hinder die daaruit volgt in termen van
mobiliteit, overlast voor de plaatselijke bewoners, uitstoot van CO2
en fijn stof.
De tewerkstelling zou kunnen voorgewend worden als argument om dergelijke verkeerstoename
te rechtvaardigen. De praktijk heeft echter aangetoond dat de watergebonden havenbedrijven
een zwakke tewerkstellingsratio vertonen per hectare en tevens grote oppervlakten
gebruiken voor de opslag van hun goederen ...
Het besluit van dergelijke analyse luidt dat een toename met 50% van het riviertransport
in Brussel heilzaam is... voor de verkeersstatistieken van de Haven van Brussel, eventueel
voor de automobilisten die regelmatig de A12 tussen Antwerpen en Brussel gebruiken (op
voorwaarde dat de afgewerkte producten niet langs die weg moeten terugkeren per vrachtwagen),
maar zeker niet voor Brussel waar dit verkeer alleen maar hinder zal teweegbrengen.
Een Gewest als het Brussels Gewest zou zich moeten profileren als een echte Europese hoofdstad
en beseffen dat enkel het verkeer bestemd voor Brussel heilzaam is voor het Gewest en zijn
bewoners. Elke andere vorm van verkeer is negatief (of op zijn best neutraal) voor de stad
en levert haar alleszins geen enkele toegevoegde waarde op.
|