NEDERLAND
WCT past niet bij een duurzame haven

Eind vorig jaar heeft de Zeeuwse Milieufederatie (ZMF) haar visie op een duurzame toekomst voor Zeeuwse havens gepresenteerd. De visie is samen met het onderzoeksbureau TNO uit Delft opgesteld. TNO concludeert dat, binnen de grenzen van de huidige havens, groei en duurzaamheid goed te combineren zijn. Daarvoor moet het havengebied zich richten op drie belangrijke pijlers:
1. de ontwikkeling van een ‘superstukgoedhaven’,
2. een duurzaam chemiecomplex en
3. schone biomassa.
Daarmee komt een duurzame Zeeuwse haven met een uitstekende toekomst binnen bereik. Een haven die de Zeeuwse economie versterkt en goed past binnen de groenblauwe oase van de Zuid-Nederlandse Delta.

Westerschelde Container Terminal

Directe aanleiding voor de visie vormen de plannen voor de aanleg van de Westerschelde Container Terminal (WCT) bij Vlissingen aan de buitenkant van het havengebied. Daarvoor moet een stuk van het estuarium worden ingepolderd. De ZMF en een aantal andere maatschappelijke organisaties zien niets in dit plan. Het is voor de Zeeuwse economie een wezensvreemde voorziening. Het schaadt een belangrijk Zeeuws kapitaal: toerisme en recreatie.

Maar het gaat ook om een grootschalige deepsea-terminal die vooral de deepsea containerlogistiek van enkele grote reders zal optimaliseren. Deze omvangrijke terminal ziet de ZMF echter niet als het ideale antwoord op de logistieke behoeften van het bestaande Zeeuwse bedrijfsleven. Verder wordt de WCT aangelegd in een estuarium dat beschermd wordt door Europese regelgeving en het transport naar en van het achterland zal de leefkwaliteit in het achterland verminderen.

Alternatieven

De ingreep in het estuarium, die de aanleg van de WCT met zich brengt, maakt een onderzoek naar alternatieven nodig. De Natuurbeschermingswet vraagt er om. Ook de wetgeving voor de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) eist zicht op alternatieven met minder of geen verlies van het areaal EHS-gebied. En ook de Nederlandse regering dringt aan op effectief gebruik van bestaande terreinen en herstructurering bij havenontwikkelingen.

Duurzame criteria

Voor de visie is een document gebruikt dat de milieufederaties en de Bond Beter Leefmilieu hebben opgesteld. Hierin is een aantal duurzame criteria geformuleerd: verduurzamen van energiegebruik, schone motoren en het verschuiven van het vervoer over de weg naar meer milieuvriendelijke vervoerswijzen. Daarnaast verdienen vernieuwbare grondstoffen, schone biomassa, gesloten ketens en het zuinig gebruik van de beschikbare ruimte aandacht. Een ander belangrijk criterium is dat het estuarium van de Schelde bepaalt hoe diep de schepen mogen steken. De diepgang van de schepen mag niet de diepte van de geulen gaan bepalen.

Drie pijlers

TNO denkt dat de Zeeuwse havens op korte termijn duurzaam gemaakt kunnen worden. Enerzijds door de bestaande zeehavenactiviteiten duurzamer te maken. Anderzijds door het aantrekken van andere, duurzame zeehavenactiviteiten, zoals duurzaam papier en hout.

De duurzame Zeeuwse haven steunt volgens de ZMF-visie op drie pijlers. Eén ervan is een ‘superstukgoedhaven’ in Vlissingen. Deze kan samen gaan met een in stappen te ontwikkelen containerterminal binnen de grenzen van het huidige Sloegebied (havengebieden van Vlissingen-Oost). Want we zien dat steeds meer stukgoed(1) in containers wordt verpakt. Zeeland is sterk in stukgoed en de gespecialiseerde behandeling ervan. Stukgoed groeit relatief snel in de Zeeuwse havens. Bij andere zeehavens zien we dat deze zich alleen en vooral richten op containeroverslag. Stukgoed is een relatief duurzame sector; deze sluit beter aan bij de kenmerken van de regio en laat bovendien groei zien. Daar liggen kansen, vindt de ZMF. Die kansen werkt de milieufederatie momenteel uit. In de loop van het jaar zal zij de uitkomst presenteren.

Verder beveelt de ZMF aan om het bestaande chemiecomplex van de Zeeuwse havens te verduurzamen. Daarbij wordt ingezet op reststoffen, vernieuwbare grondstoffen, duurzame energie en logistieke afhandeling.

De ontwikkeling van nieuwe bedrijvigheid gebaseerd op het gebruik van schone biomassa is een derde belangrijke pijler. Het biopark in de Kanaalzone geeft al aan dat daar kansen liggen. Wel vindt de ZMF dat het biopark enkel toekomst heeft als ‘goede’ biomassa wordt gebruikt. Dat betekent dat biomassa die leidt tot ontbossing en schade aan ecosystemen niet wenselijk is. Van granen en eetbare oliën moeten we geen energie willen maken. Alle aandacht dient gericht te worden op het gebruik van biomassa voor duurzame energieopwekking en biobrandstoffen van de tweede generatie.

Met deze visie wil de ZMF bijdragen aan een leefbaar en duurzaam zeehavencomplex in het Zeeland van de groen-blauwe oase.

Tjeu van Mierlo
directeur Zeeuwse Milieufederatie


(1) Stukgoed zijn goederen waarvan de hoeveelheid niet naar maat of gewicht maar per stuk wordt opgegeven (vb. auto's, fruit). Dit in tegenstelling tot stortgoed of bulkgoederen.

Reacties op de nieuwsbrief en/of voorstellen voor artikels zijn welkom op: